เนื้อเพลง
[Verse]
Hij stond in de krant, voor heel het dorp te zien,
Een verhaal zo bizar, niemand die het zou verzin'.
Z’n dagen gevuld met komkommers alleen,
Maar o, wat die maag daar allemaal mee deed.
[Prechorus]
Elke stap een donder, elke stoel een klacht,
Zijn naam werd gefluisterd in de nacht.
[Chorus]
De man in de krant, met zijn storm in de darmen,
Hij liet het weten, geen schaamte, geen charmen.
Met scheten zo luid, ze rammelden de ruiten,
Heel het dorp kon het horen, je kon er niet aan ontsnuiten.
[Verse 2]
De groenteboer lachte, maar verkocht 'm toch meer,
Zijn kar lag vol komkommers, elke dag weer.
Hij zei: "Ze zijn fris, maar voor jou een gevaar,"
Toch bleef hij ze eten, jaar na jaar.
[Bridge]
Zijn buik een orkest, een ongekende klank,
Van de kroeg tot de kerk, men hield de adem in dank.
Maar in zijn eigen wereld, een koning, een heer,
Hij lachte het weg, keer op keer.
[Chorus]
De man in de krant, met zijn storm in de darmen,
Hij liet het weten, geen schaamte, geen charmen.
Met scheten zo luid, ze rammelden de ruiten,
Heel het dorp kon het horen, je kon er niet aan ontsnuiten.
รูปแบบของดนตรี
country, melodisch, akoestisch, male vocals