Text
[Verse]
Daan Thalen woont nog thuis, in 't oude dorpse huis,
Met kippen in de tuin en katten op de buis.
Hij rijdt z'n BMW, al zigzaggend door 't land,
Met een fles in de hand, de sleutels in de band.
[Chorus]
Oh, Daan Thalen, eeuwig vrij en alleen,
Zijn leven draait om kippen, katten en een glas of twee.
Hij lacht om de liefde, zegt: "Dat is niks voor mij."
Maar 's nachts klinkt een zucht, zo stil en zo vrij.
[Verse 2]
Zijn moeder roept hem binnen, het eten staat al klaar,
Een bord met kippenstoof, zijn lievelings al jaren.
Hij bromt wat in zichzelf, neemt nog een glas erbij,
Met dromen van een leven, maar nooit echt vrij.
[Chorus]
Oh, Daan Thalen, eeuwig vrij en alleen,
Zijn leven draait om kippen, katten en een glas of twee.
Hij lacht om de liefde, zegt: "Dat is niks voor mij."
Maar 's nachts klinkt een zucht, zo stil en zo vrij.
[Bridge]
Soms denk ik, Daan, wat als je 't anders doet?
Een vrouw aan je zij, misschien een andere route.
Maar hij haalt zijn schouders op, kijkt me niet eens aan,
En zegt: "Ik ben wie ik ben, ik blijf Daan Thalen, de man."
[Chorus]
Oh, Daan Thalen, eeuwig vrij en alleen,
Zijn leven draait om kippen, katten en een glas of twee.
Hij lacht om de liefde, zegt: "Dat is niks voor mij."
Maar 's nachts klinkt een zucht, zo stil en zo vrij.
Musikstyle
male vocals, melancholic, acoustic with light humor, country